woensdag 9 november 2011

Een muur



Een muur verspert mijn levensweg
op weg naar 't grote licht.
Die muur is door mijzelf gebouwd,
met beide ogen dicht.
Reeds in mijn eerste levensjaar
ben ik aan die muur gaan bouwen,
en kreeg hulp van iedereen met metselen en sjouwen.
Nu zie ik dus het Licht niet meer,
al weet ik dat 't er is.
Nu staat die muur mij in de weg
en ik blijf in duisternis.

Van bovenaf is laatst de muur wat scheuren gaan vertonen.
Juist toen ik het repareren wou,
zag ik door een spleet dat schone.
Dat heldere oogverblindend Licht,
ik wilde er naartoe.
Maar ach, die muur was veel te hoog,
ik was bovendien te moe.

't Verlangen naar het goddelijk Licht
kwam steeds weer bij mij boven.
't Is gek, maar als ik erover sprak,
wilde niemand mij geloven.
Totdat ik laatst met iemand sprak,
een vriendelijke man.
Die vertelde over dat schone Licht,
hij wist er heel veel van.

Hij zei ook, wat ik moest doen om er dichtbij te komen.
Ik moest, zei hij, snel aan de slag en ophouden met dromen.
Zo bik ik nu, jaar in, jaar uit, die stenen van mijn muur.
En grote blijdschap vult mijn hart als ik door een spleetje gluur.

Bedankt oh God,
dat u mij helpt de muur weer af te bouwen,
zodat ik, wanneer het is volbracht,
Uw goedheid kan aanschouwen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat een reactie achter