zondag 1 april 2012

Het virtuele veld


Interview met Bram Vermeulen over het virtuele veld.

De wetenschap heeft eindelijk volledig contact met de filosofie gemaakt. De theorie van het alomvattende 'Zero Point Field' zou wel eens de definitieve brug kunnen slaan tussen spiritualiteit en wetenschap. We weten al een hele tijd dat deeltjes nooit op een vaste plek zijn. Ze bestaan eigenlijk niet. Ze floepen aan en uit. Dat noemen ze virtueel. Het komt eigenlijk hierop neer: de werkelijkheid is er eigenlijk niet, alleen als er een waarnemer is. En die waarnemer ben ik.

De Chinezen noemen het 'Chiâ', de hindoes het 'Al'. Dat veld is voor mij het godsbegrip. Alles is er potentieel. Ik ben degene die moet zorgen dat het eruit komt. Ik ben degene die God vertaalt in de wereld. God Zelf doet dat niet. God Zelf is alles. Dan blijken teksten van Jezus als 'Ik ben in Hem en Hij is in Mij" naadloos te kloppen. Ik vind 'De Onnoembare' nog altijd de mooiste aanduiding voor God. Het begrip is onnoembaar, ik ben deel van dat veld, ik besta uit dat veld. Die virtuele deeltjes om ons heen bevatten alle informatie die er is. Een prachtig godsbegrip. Een heel groot niets, maar alles is ondertussen potentieel. Dat is onze wereld; ons bewustzijn bepaalt of het er is. Dat wisten we al uit de kwantumtheorie. Het kan niet zonder bewustzijn.

Het begrip reïncarnatie is enerzijds heel bevrijdend, maar het maakt je 'en dat is de andere kant van het verhaal' enorm verantwoordelijk. Je beseft onmiddellijk - als je het weet te doorgronden: ik ben verantwoordelijk voor mijn eigen daden. Niemand anders. Ook niet een God buiten me. Mijn bewustzijn veroorzaakt dit. Als ik een rotstreek heb uitgehaald, heb ik die uitgehaald. Je kunt niet langer roepen: "Het is de schuld van mijn moeder, want die gaf me nooit een zoen." Onzin. Een gemiste kans. Ga terug, geef je moeder een zoen en ga door met je leven. Mensen zeggen nu wel eens tegen me dat ik het makkelijk heb om niet bang te zijn voor de dood, omdat ik nu weet dat je eigenlijk niet doodgaat. Ik ben bang voor doodgaan, omdat ik niet weet wat dat is. En het past niet in een levend bestaan. Maar sinds ik van het veld weet, snap ik dat die scheiding tussen leven en dood, tussen levende materie en dode materie, er niet is. Het is allemaal hetzelfde. Bewustzijn maakt het levend. Zolang ik mijn bewustzijn als kern hou, sterf ik niet. Maar ik ga wel op in een andere staat van Zijn.

Newton en Descartes hebben het samen bedacht: een steen is dood en een boom is levend. Wat is dan leven? Als een cel zich kan vermenigvuldigen. Maar dat is niet leven. Dat wordt veroorzaakt door leven. En wat is dan leven? Leven en bewustzijn zijn identiek. Dan is het godsidee in één keer klaar. Zo wil ik wel een God. Zo klopt het ook als Jezus zegt: "Ik ben het licht der wereld".

Hij legt voortdurend de connectie met licht. Je ziet hem ook altijd afgebeeld met een stralenkrans. Iedereen denkt: dat hebben ze gedaan omdat Hij heilig is. Welnee, de man was 'radiant'. Hij gaf licht. Hij is het voorbeeld van hoe je van chemie, van dat scala aan emoties, moet zien af te raken. Ik ben voor de chemie op aarde, voor mijn emoties, voor mijn opwinding.

Leven is bungee jumping. Je springt naar beneden, hebt een gevoel dat je doodgaat, en je komt weer boven met een geweldig gevoel. Hoe zou het zijn als ik dat gevoel zou kunnen hebben zonder het springen?

We komen hier voor de chemie: boos worden, kwaad worden, verliefd zijn, de oorlog ingaan. De oorlog is voor die chemie een ideale plek: daar mag je slaan, schieten en vechten. Je komt erachter hoe dapper je bent, hoeveel je waard bent. Daar kom je in vredestijd niet achter. Daarom creëren we conflicten. We voelen dan de chemie in ons lijf. We zijn kennelijk op aarde voor die chemie. Anders zouden we het niet doen. De dieren doen het namelijk niet. Ganzen maken niet voortdurend conflicten. Die vliegen lekker rond. Wij mensen hebben een ongelooflijk ingenieus systeem in ons leven gecreëerd om conflicten te kunnen maken. Op aarde zoek je je chemie uit. Maar dan ga je van die chemie afzien. Wat doe je dan? Dan keer je de andere wang toe.

Toen Jezus de tempelhandel in elkaar had geslagen riep hij de volgende ochtend zijn discipelen bijeen. Hij was vertwijfeld dat hij zich zo had laten gaan en zei tegen hen: "Dit heb Ik gedaan als zoon van de mens. Vandaag zal Ik weer de Zoon van God zijn."

Ze hadden hem kwaad gekregen. Hij had zijn chemie, zijn emoties, niet meer onder controle en werd mens. Het verhaal waarin Jezus zegt iemand die je slaat ook de andere wang toe te keren, maakt duidelijk hoe het werkt. Tegen zo'n mens is niets te beginnen. In het Pilatus-verhaal laat Hij het weer zien: als je niet bang bent om te sterven, waarom zou je dan maatregelen nemen om het tegen te gaan?

Als je naar een gemiddeld kantoor gaat, dan zie je allemaal mensen die eigenlijk iets anders willen doen. Daarom voelen ze zich zo vervelend en is er zo veel werkuitval en stress. Deze mensen zitten dingen te doen waarvoor ze niet op aarde zijn. En dat weten ze. Dan zijn ze 55, ze gaan sigaretten halen en ze gaan niet terug. Dat zijn de momenten waarop mensen beseffen: ik was hier om een andere reden en nu ga ik die reden achterna. Maar we zijn specialisten in het creëren van materie. We werken en daar creëren we geld mee. Dat is creëren in materie. Het is een hele rare weg die we nemen. Jezus werkt niet met omwegen. Hij zorgt voor water uit een rots. Dat was geen onzin. Dat kon Hij. Hij wist van het virtuele veld. Dus verandert water in wijn. Dat is geen punt. In het programma In den Beginne, wat over het scheppingsverhaal gaat, zeg ik het hardop: Jongens, die verhalen zijn letterlijk waar. Maar omdat het te verre kennis is, zijn ze gemythologiseerd door de machthebbers om ze handzaam te houden, werden het wonderen. Het zijn geen wonderen. We kunnen dat allemaal. Het stomme is dat we die weg niet bewandelen. Wat wij doen: we gaan hard werken om een kantoor, we verdienen geld en met dat geld kopen we een fles wijn. Over een omweg gesproken.

Op het gebied van healing werkt het net zo. In onze cellen hebben we bepaalde informatie. Nu worden we ziek. Wat gebeurt er dan? Onze cellen krijgen verkeerde informatie. Wat moet ik doen? We moeten proberen in het veld te komen en oude, goede informatie uit het veld halen. Dat doen gebedsgenezers, sjamanen en handopleggers. Ze hebben een connectie met het veld en geven jou de juiste informatie terug waardoor je geneest. De enige juiste manier van genezen. Wat hebben wij bedacht? Met dat geld dat je creëert, koop je paracetamol en dan heb je geen pijn meer.

De Bijbel is een wijs en fascinerend boek. Het trieste is dat ik, om bij die wijsheid te komen, van een heel andere kant moest komen. Ik ben dat boek pas gaan lezen toen ik besefte dat wat er stond waar was. En dat het niet uitgelegd hoefde te worden door mensen die riepen dat het eigenlijk anders bedoeld was. Er werd niets anders bedoeld dan wat er stond. Christus kon mensen genezen door hun de juiste informatie terug te geven. Hij probeerde hun duidelijk te maken dat het eigenlijk een fluitje van een cent was. Het werd Hem kwalijk genomen. Het moest wel heel bijzonder zijn, anders werden alle dokters werkloos.

Het mooiste verhaal is het verhaal van Jezus Zijn moeder. Het hoogtepunt in Zijn leven, waarin Jezus laat zien dat Hij klaar is met het verleden. Ze komt op hem aflopen en zegt: "Ik ben je moeder. En Hij zegt: Vrouw, ik ken u niet. Mensen vinden deze reactie ontzettend grof. Nee, dat is precies wat je moet zeggen. Jij claimt mijn moeder te zijn. Als je mijn moeder bent, hoef je het niet te roepen. Jij maakt er meer van, jij hebt opeens recht op mij. Dat iemand zijn moeder is betekent niets. Doe een daad die goed is en ik vind je geweldig. Hij is klaar met zijn emoties. Hij laat zien hoe het is om zonder emoties te leven.

Christus is van een figuur die wij allemaal konden zijn zo snel mogelijk een superheilige gemaakt. Nu hebben we een ideaal waar we nooit aan kunnen tippen. Dus dat doen we dan ook maar niet. Hij riep voortdurend: Jij kan het ook. Maar ze geloofden hem niet.

Hij bracht mensen terug naar de oude kennis. Door te verklaren dat Hij wonderen deed, hoefden ze de oude kennis niet meer uit te leggen. Maar in de huidige tijd worden al die vragen opnieuw gesteld. En dit opnieuw vragen stellen zal uiteindelijk het eind van de gevestigde godsdiensten betekenen.

Als er een nieuwe vertaling komt, houd ik wel mijn hart vast. Dan gaan die vertalers weer zitten interpreteren. Hij maakte van water gewoon wijn. Daar moeten ze niets anders van maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat een reactie achter