Taggert, een eenzame visser, was op een dag krabben aan het vangen tussen de rotsen. Hij bleef maar zoeken maar hij had slechts een paar beestjes te pakken gekregen.
Van de zware inspanning die hij die dag had geleverd was hij in slaap gevallen in de kajuit van zijn boot. Toen hij rond middernacht wakker werd, zag hij een mysterieuze dans in het maanlicht op het strand. Natuurlijk had hij wel al eens gehoord over Selkies in zijn stamcafé en kende de verhalen van deze verschijningen half mens half zeehond. Toch kon hij zijn ogen niet geloven.
Na een tijdje stopte de dans en keerde ze in koppeltjes van man en vrouw terug naar de zee. De vrouwen waren allen even mooi en lang met gouden haren. Hun ogen straalden kennis uit van zowel land als zee. Toen Taggert één van de Selkies beter bekeek werd hij verliefd op deze half mens half zeehond. Hij besloot vlug van één van de vrouwtjes hun zeehondenvel te pakken en zich stilletjes terug te trekken naar zijn kajuit.
Taggert kon zijn ogen niet geloven toen hij de zes koppeltjes hand in hand over het strand zag lopen. Ze stapten in hun vel en veranderde terug in een zeehond om terug te keren naar de open zee. Één Selkie slaagde er echter niet in om zeehond te worden. Ze vond haar vel dat Taggert al lang mee had genomen, maar niet. Taggert stapte zenuwachtig uit zijn boot en liet door zijn plotselinge verschijning de Selkie schrikken. Ze keek Taggert echter onverstoorbaar aan en vroeg met uitgestrekte armen gewoon haar vel terug.
Waarop Taggert zei:
"O schone vrouwe, ga niet terug naar de zee. Hier kan ik je alles geven alleen al omdat je zo mooi bent. Blijf hier bij mij en word mijn vrouw, trouw met mij".
De Selkie antwoorde echter:
"Ik kan niet lang aan land blijven, mijn huid word droog en zal barsten. Ik verlang naar de zee".
Maar Taggert bleef volhouden en uiteindelijk stemde zij erin toe om zeven jaar bij hem te blijven, tot de zee haar weer zou terugroepen.
Negen maanden later kregen ze een zoon. De jongen was sterk en gezond en moeder en zoon hielden zielsveel van elkaar. Toen de zeven jaar voorbij waren, vroeg de Selkie aan haar man haar huid terug.
"De zee roept me" zei ze droevig.
Droevig omdat ze evenveel van de zee hield als van haar zoon. Voor haar was het dus een moeilijke beslissing. Niet voor Taggert die alleen het beste voor zichzelf wou.
"Hoe kan je dat nu vragen? zei hij brutaal "Heb je ooit wel gehouden van mij als ik van jou?".
Ze verdedigde haar;
"Natuurlijk wel, maar kijk eens naar mijn huid! Het begint te drogen en te barsten. Kijk ook eens naar mijn ogen die al meer dan zeven tranen hebben gehuild. Als ik niet spoedig naar de zee terugkeer zal ik sterven".
Maar het enige wat Taggert kon zeggen was:
"Onzin!".
Hij sloeg de deur dicht en liep woedend naar zijn boot die hij sinds hij zijn Selkievrouw ontmoet had 'Ondine' had genoemd wat 'meisje uit het water' betekend.
Hun zoon, die de ruzie had gehoord, wist wat hem te doen stond. Hij keek net zo lang uit het raam totdat zijn vader helemaal uit het zicht verdwenen was. Hij liep naar de plaats waar zijn vader de huid had verstopt en kroop op kousenvoetjes terug. Met verbazing hoe de huid schitterde in het zonlicht, en hoe zacht het aanvoelde, gaf hij het met zijn strelende vingers terug aan zijn moeder.
"Hier, trek het snel aan voor hij weer terugkomt".
Hoewel zijn moeder wist dat haar zoon gelijk had keek ze aarzelend, door haar tranen door naar haar zoon. Ze zou hem missen ging het door haar hoofd. Toch volgde ze zijn advies op, en ze liepen naar het strand. Ze knoopte haar jurk open en liet hem vallen in het zand.
Opeens klonk er een woedende schreeuw achter hun. Toen ze zich omdraaide zagen ze rennende Taggert die "Nee!" riep. De zoon zag de blik in zijn moeders ogen.
"Ga met liefde, niet uit woede" zei hij met een liefdevolle blik.
Vlug stapte ze in haar huid, sprong in de zee, en zwom tot de golven haar overnamen. Na die dag zwom er elke avond een zeehond voorbij hun huis langs de kust, en bracht dan twee grote vissen mee. Taggert en hun zoon zaten elke avond buiten te wachten op die zeehond. Deze keek hen dan aan met grote donkere ogen waaruit telkens zeven tranen uit leken te druppelen.
Geschreven door Kim Troubleyn
Zo heb ik eens een film gezien maar die ging over zeemeerminnen...de man en zoon wachtten zijn hele leven tot ze weer terugkwam...fijn weekend
BeantwoordenVerwijderenMooi verhaal. Houden van is loslaten ten gunste van de ander. Kun je dat niet, dan is je liefde niets waard. Je kunt iemand niet verstikken uit liefde.
BeantwoordenVerwijderenje moet kunnen loslaten in het leven
BeantwoordenVerwijderenmaar eenvoudig is het nooit
prettige zondag