Adem

We happen er als eerste naar bij geboorte en blazen het als laatste uit bij de dood. En tussen die twee momenten in ademen we in en uit, in en uit, in en uit, een leven lang.

Adem is leven. Zonder voedsel kan de mens een paar weken, zonder water enige dagen, maar zonder lucht maar een paar minuten. Dat geeft wel aan hoe belangrijk adem voor ons is.

De belangrijkste regel voor een juiste ademhaling is: adem door de neus! Deze is van nature met beschermende haartjes en slijmvliezen uitgerust. Waardor de zuurstof wordt gefilterd en verwarmd voordat deze in de longen terecht komt.

Maar de voornaamste taak van ons reukorgaan is de opname van prana, levensenergie. In prana-rijke gebieden (in de bergen bijvoorbeeld of aan zee) kunnen we dat zelf ervaren. Wie daar tijdens de wandeling diep inademt door de neus, voelt zich direct verfrist en energieker. Ademen we door onze mond dan ervaren we de lucht als krachteloos. Het komt omdat de mond geen prana opneemt uit de lucht. Het verklaart ook het vermoeide gevoel wanneer we, bijvoorbeeld door een verkoudheid, genoodzaakt zijn door de mond te ademen. Daarnaast brengt een diepe en effectieve ademhaling het zenuwstelsel tot rust.

Over het algemeen ademen wij te hoog. Deze hoge ademhaling verbruikt de meeste energie en levert het geringste resultaat op. Bij een volledige ademhaling doen buik, flanken en zelfs de rug mee. Ademen doen we altijd, meestal zonder nadenken.

Volgens een Indiase filosofie heeft de mens een bepaald aantal ademhaling. Wie haastig leeft en daardoor snel ademt, sterft eerder, omdat hij niet meer ademhalingen kan doen dan hem zijn toegemeten. Wie daarentegen vredig leeft en langzaam ademt, zal een gezond en lang aards leven hebben. Tja, dat geeft toch te denken.