De kunst van het hanteren van innerlijke beelden
Imaginatie geeft niet alleen een beeld van wat mensen bezielt, het geeft mensen de kans daar op een organische en creatieve wijze invloed op uit te oefenen.
Verbeelden is het krachtigste psychologische middel dat er bestaat. Verbeelden is immers de manier waarop de geest informatie codeert, opslaat en verwerkt. Wat mensen werkelijk zijn is dan ook te vinden in hun innerlijke beelden. Het is het terrein waar geest, lichaam en concreet gedrag het meest beïnvloed (kunnen) worden.
Innerlijke beelden vormen het fundament, de bouwstenen van wat mensen zijn en doen. Mensen spreken, denken en voelen in beelden en handelen vanuit hun beelden. Er is dan ook geen psychologische methode die zo wijdverspreid is als imaginatie, in alle culturen. Van de prehistorie tot en met de moderne reclame zijn beelden gebruikt in rituelen, geneeswijzen en psychotherapie, in onderwijs en coaching, politiek en commercie.
Het individu wordt voortdurend beïnvloed door de eigen beelden (bewuste en onbewuste zelfbeelden) en door de beelden uit de omgeving en cultuur. Hoe belangrijk beelden zijn blijkt uit het feit dat mensen voortdurend beelden gebruiken om situaties en hun beleving te beschrijven:
'Ik zit in de put';
'Het was alsof ik vleugels kreeg';
'Die affaire stinkt';
'Ik ging door de hel';
'De zon schijnt weer'
'De concurrent is ons deel van de koek aan het oppeuzelen'
Ook bij een groep, team of organisatie spelen beelden een essentiele rol met betrekking tot de samenwerking, de veerkracht en de vitaliteit.
De verbeelding behoort tot de invloedrijkste spontane functies van de psyche. Het geeft toegang tot het domein van de creativiteit, daar waar de mens het meest vrij is.
Je kunt mijn handen en benen afhakken,
me blind en doof maken, me opsluiten,
maar je kunt me niet mijn verbeelding afnemen.
Oud-Italiaans gezegde
Imaginatie wordt ook wel visualisatie, geleide verbeelding of dagdroom en symbooldrama genoemd en wordt in vele therapieën en coachingsmethoden toegepast, zij het meestal op een beperkte wijze. Er zijn vele verschillende imaginatie-technieken en meerdere wijzen waarop een imaginatie begeleid kan worden. Imaginatie kan met de ogen dicht, met de ogen open, in stilte, actief, sprekend, bewegend, expressief.
Oefening Vrij Tekenen van Ferucci
Neem een aantal kleurpotloden of krijtstiften en wat vellen papier. Gun jezelf, voor je begint een paar ogenblikken van ontspanning en kalme openheid. Laat nu je hand tekenen wat hij wil, abstract of concreet. Laat wat er komt zijn zoals het wil, ook als het niet overeenkomt met het beeld van je dat je de laatste tijd van jezelf hebt. Je hand mag bewegen hoe hij wil, springerig of vloeiend, traag of snel. Als je denkt dat je klaar bent, bestudeer dan je tekening. Is hij echt af of ontbreekt er nog iets aan? Zo ja, maak hem dan af, het geeft niet hoe.
We zouden onze tekening nu kunnen begroeten als was het iemand uit een ver land. Zonder oordeel luisteren we naar zijn verhaal. We proberen erin in mee te gaan en proberen intuïtief de boodschap te pakken te krijgen die ons aangaat.
Dan kijken we opnieuw, nu analyserend.
Wat is de stijl van de tekening?
(kinderlijk, veelomvattend, gejaagd)
Hoe heb je kleuren gebruikt?
(let of aan-of afwezigheid van kleuren, contrast, harmonie,
donkere of juiste lichte kleuren)
Hoe is de ruimte ingevuld?
(druk, leeg, opdringerig, onregelmatig, knus?)
Is de tekening statisch of dynamisch?
(zit er beweging in en welke, vloeiend, hoekig, hortend)
Wat is de algemene sfeer?
(somber, vrolijk, intens, warm)
Hoe staan de elementen tot elkaar?
(apart, naar elkaar toe, tegenover elkaar, dansen ze samen.)
We laten nu de innerlijke kracht die we hebben omgezet in zichtbare vormen om te zetten in begrijpelijke, gewone taal. We blijven nog even bij de tekening: haar details, vormen en kleuren kunnen in ons aanleiding geven tot een serie vrije associaties, een stemming, een herinnering, een ingeving. Na een tijdje draaien we de tekening om en schrijven op wat in onze gedachten komt. We hebben geen vaste regels nodig om onze tekening mee te ontcijferen. Het gaat om een inzicht en niet om bespiegelingen. Als er geen inzicht komt, leg dan je tekening opzij en kijk ernaar als je nog eens wat tekeningen hebt gemaakt of later. Je manier van waarnemen zal dan misschien rijker zijn.
Ook als onze tekening blijft lijken op zinloze hierogliefen, dan zullen we tenminste voor een deel een belangrijke behoefte gestild hebben, de behoefte om ons te uiten en even zomaar creatief te zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat een reactie achter