"Ik vind het wel jammer dat we elkaar niet zo goed hebben leren kennen." In de stilte na die woorden kon ik gewoon horen dat mijn vriend Boom aan het nadenken was. "Ik bedoel, ik zag pas recent dat je een kastanjeboom bent. En dat terwijl ik bijna elke dag naar je kijk." Ik schoof wat ongemakkelijk op mijn stoel. Ik vroeg me af waarom ik ineens deze bekentenis deed. Misschien vanwege een schuldgevoel omdat ik zo weinig met hem gesproken heb in die drie jaar dat ik hier nu woon.
Boom schudde met zijn takken en er vielen een paar kastanjes op de grond. Hij zei nog steeds niets. Ik begon net te vermoeden dat hij boos was, toen hij uiteindelijk sprak. “Het gaat er niet zozeer om hoe vaak je met elkaar praat,” zei hij rustig. "Ik ken je wel. Of ik je goed ken is een tweede. Maar ik ken je wel. Sterker nog: wij kennen elkaar." Hij grijnsde. "Hoe belangrijk zijn uiterlijkheden? Ik had toch ook een berk kunnen zijn of een eik. En soms praten mensen jarenlang uren per week met elkaar, maar dat wil niet zeggen dat ze elkaar echt kennen. Natuurlijk, ze weten dan wel veel van elkaar maar iemand kennen is toch wel wat anders." "Dat ben ik wel met je eens," antwoorde ik. "Maar het één gaat moeilijk zonder het ander, je moet toch praten met de ander om contact te maken?"
Boom zuchtte wat. "Niet naar de bekende weg vragen, he." zei hij. "Je weet best wel wat ik bedoel." Ik dacht even na. "Soms kan ik helemaal verrukt zijn als ik een bijzonder iemand heb ontmoet en dan hebben we misschien maar een paar minuten gepraat … Het gaat er meer om waarover we praten dan hoe lang het duurt. Maar soms wil ik met die mensen wel heel lang over bijzondere dingen praten." Ik moest er zelf om lachen. Boom grinnikte. "En waarom wil je met iemand praten die je eigenlijk helemaal niet kent?" Ik fronste en keek naar de bomen aan de overkant. "Omdat er sprake is van een soort herkenning ..." Boom schudde van het lachen, bladeren en kastanjes vlogen in het rond. "Maar dat gebeurt niet vaak, hoor," zei ik er snel achteraan. "Dat je niet denkt dat ik elke dag dat soort mensen tegenkom. Of bomen, wat dat betreft." "Nee, dat weet ik wel," zei Boom zachtjes. "Zijn er eigenlijk bomen waar je straks gaat wonen?" "Hmm, volgens mij niet veel, maar ik heb daar nog niet goed gekeken. Om de één of andere reden denk ik van wel." Ik zweeg even. "Weet je … je kunt nog zoveel herkenning zien in iemands ogen, zo ontroerd zijn door iemands ziel, bestaan, nou ja, benoem het maar, en toch … als het contact niet van twee kanten komt, tja … dan houdt al gauw op, hé. En ik vind dat wel moeilijk te accepteren, ik denk altijd maar, die herkenning is er toch niet voor niets."
Boom keek me aan. "Niet twijfelen aan wat je ziet. Niet twijfelen aan wat je voelt. Als mensen er niet voor openstaan is dat heel jammer, maar daar kun je weinig aan veranderen." "En toch kan ik dat niet laten rusten" mokte ik. Boom moest lachen. "Je bent ook zo lekker eigenwijs, he. Ik weet zeker dat er bomen zijn bij je nieuwe huis. Dat moet wel, want iemand moet jou toch af en toe even de les lezen." Ik lachte en keek liefdevol naar mijn houten maatje. "Tja, en anders moet ik zo nu en dan gewoon gezellig langskomen, toch?" "Precies. Dan praten we even een paar minuten en dan kun je er weer jaren tegen, toch?" We lachten allebei.
LOL heerlijk waar je herkenning vinden kunt,
BeantwoordenVerwijderenik praat ook tegen alles en nog wat heerlijk toch
Ik heb nog nooit tegen een boom gepraat... ben ik nu een uitzondering?
BeantwoordenVerwijderenLove As Always
Dimario
het doet me denken aan orchideeen waar mijn moeder tegen prate
BeantwoordenVerwijderen.Een @->- voor jou....
Er zit zoveel in dit verhaal. Ik vind het een bijzonder mooi verhaal. Fijn dat jij het vond en op je blog plaatste, want elke boodschap in dit verhaal is goud.
BeantwoordenVerwijderenHa praten tegen bomen zie je mij niet snel doen...maar komt er een hond of kat voorbij kan ik het niet laten.
BeantwoordenVerwijderenWel een mooi verhaal met een boodschap